Intelligentie verschillen genetisch bepaald?

Westerlingen zijn nu eenmaal slimmer dan Afrikanen of zwarte mensen zijn van nature dommer dan witte mensen. Wat klopt er nu van het idee dat er een verband bestaat tussen intelligentie en kleur, afkomst of ‘ras’. Wat is er nu wel en niet “wetenschappelijk” bewezen.

Bij IQ testen tussen zwarte en blanke mensen in de VS en bij Afrikanen ten zuiden van de Sahara kwamen significante verschillen naar voren. En wat betekent dat?

Experts laten daar geen misverstand over bestaan: er zijn geen aanwijzingen dat deze verschillen een genetische oorzaak hebben. Dat intelligentie erfelijk is, betekent nog niet dat het biologisch bepaald moet zijn. De precieze definitie van erfelijkheid is de mate waarin verschillen tussen personen in een bepaalde populatie kunnen worden verklaard door genen.

Achter de schijnbare simpele ‘erfelijkheid’ gaat een complex samenspel van genen en omgeving schuil. Anders gezegd: het maakt voor je IQ niets uit als je ‘goede genen’ hebt als je opgroeit in een achterstandswijk.

Stel: alle roodharige kinderen worden mishandeld door hun klasgenoten en genegeerd door hun leraren. Door alles wat ze meemaken hebben deze kinderen een lager IQ. Uit genetisch onderzoek zal dan blijken dat genen voor rood haar voorspellend zijn voor een laag IQ. Maar dat heeft niets te maken met een biologisch intelligentie verschil.

En bestaat er zoiets als een ras?

Je kunt mensen niet indelen op basis van hun huidskleur, net zomin als je een eigenschap als lichaamlengte daarvoor kunt gebruiken. De genetische diversiteit in Afrika is hoger dan in de rest van de wereld bij elkaar. Het heeft dus weinig zin om te spreken van ‘zwarten’ of ‘Afrikanen’ als genetische populatie. De Ju’Hoansi een volk van jagers-verzamelaars uit zuidelijk Afrika dragen een bepaalde genvariant voor lichte huidskleur. De variant kon herleid worden tot een migratie van veehoudende boeren 3000 jaar geleden uit het Midden Oosten. Als huidskleur genen zich over duizenden jaren kunnen verplaatsen dan moeten hypothetische intelligentie genen zich even snel kunnen verspreiden.

Over de ontwikkeling van intelligentie het volgende: De stijging van intelligentie hang vermoedelijk samen met de economische en industriële ontwikkeling van landen. Beter onderwijs, betere gezondheidszorg, betere voeding en een trend naar kleinere gezinnen zijn bevorderlijk voor de gemiddelde intelligentie van inwoners. Vandaar dat er in de Scandinavische landen hierin een afvlakking valt te zien.

Waarom is lichaamslengte geen issue in het debat en ras en intelligentie wel? Niemand komt op het idee om te onderzoeken of de gierigheid van joden aangeboren is En de onderzoeker is van joodse afkomst.

Samenvatting: Intelligentieverschillen genetisch bepaald; Lucas Brouwers, NRC 10-02-2018.